GEBED VAN HET HOUT
Ik ben de warmte van uw haard op de koude
winternachten, de vriendelijke schaduw screening u
van de zomerzon, en mijn vruchten zijn verfrissend,
uw dorst te lessen als je reis op.
Ik ben de balk die uw huis houdt,
het bestuur van uw tafel, het bed waarop u ligt,
en het hout dat je boot bouwt.
Ik ben het handvat van uw schoffel,
de deur van uw hoeve, het hout van uw wieg,
en de shell van je kist.
Ik ben het brood van vriendelijkheid
en de bloem van schoonheid.
Gij die voorbijgaan, luister naar mijn gebed:
HARM ME NIET.
(auteur onbekend)